Toen ik 18 jaar was, maakte ik voor het eerst in mijn leven een verre reis.
Daarvoor was ik al wel op vakantie geweest in Frankrijk en ook in Engeland, maar verder dan de grenzen van Europa was ik nog niet geweest. Er ging dan ook een wereld voor mij open toen ik naar Zuid Afrika ging. Op Schiphol had ik nog het geluk om de fantastische goal van Dennis Bergkamp tegen Argentinie op het WK 1998 te aanschouwen. Mijn vakantie kon met een gerust hart beginnen. Laat Zuid Afrika maar komen.
Met het vliegtuig gingen we eerst naar Engeland om vervolgens op het grote Heatrow te moeten overstappen op de vlucht naar Johannesburg. Eenmaal in Johannesburg aangekomen ging er een wereld voor mij open. Niet alleen moest ik erg wennen aan de taal van mijn oom en tante (die echte Afrikaners zijn), maar ook schrok ik best erg van het verschil tussen de blanke (rijke) en donkere bevolking. Ik kwam in Zuid Afrika net na de afschaffing van de apartheid en de tegenstellingen tussen beide bevolkingsgroepen waren erg groot. Een deel van de blanke bevolking vond het andere deel nog steeds minderwaardig. Als jongentje van 18 uit het “liberale” Nederland wil je dan het liefst tegen de (met name oudere) blanken ingaan, maar al snel kwam ik er achter dat dit niet echt zinvol was. Een cultuur verander je nou eenmaal niet van de ene op de andere dag.
Met mijn ouders, broertje en zusje gingen wij een relatief bekende route in Zuid Afrika af. Wij reden via de Panoramaroute naar het toen al mooie Kruger Park. Elke dag was het een sport om als eerste een van de bekende Big 5 dieren te ontdekken. We genoten van de prachtige stranden bij Durban, terwijl mijn broertje en ik probeerden op een surfplank te blijven staan. Via een binnenlandse vlucht naart Port Elizabeth om vervolgens de Tuinroute te gaan rijden en af te sluiten in het prachtige Kaapstad.
Al met al kijk ik met een enorm goed gevoel terug op die eerste verre reis. Ik voor het eerst echt geconfronteerd met een wezenlijk andere cultuur en voor mij was dit de opmaat naar nog veel meer reizen.